top of page

Blog

Onvatbaar

De dood blijft een onvatbaar fenomeen.

Hij kan bij je aankloppen op de meest ongelegen momenten, als je nog jong bent, vol plannen zit, er totaal niet op gerekend hebt. En hij kan razendsnel te werk gaan. Je krijgt dan niet eens meer de kans om afscheid te nemen van je geliefden.

Maar hij kan ook tergend langzaam opereren. Dan klopt hij zachtjes op je deur, en blijft hij kloppen, maar elke keer als je opendoet, heeft hij zich weer verschanst. Achter een boom of een heg. Dan stelt hij je geduld wel erg op de proef. Prikkelt hij de angst – als die er is – keer op keer.

Op die laatste manier is hij de laatste weken met mijn vader bezig. En dat is zwaar en heel vermoeiend voor iedereen die er bij betrokken is.

Half november was de dood ook al eens langs geweest. Hij stond toen op de drempel, maar keerde toch weer om.

Mijn pa – 91 intussen - kreeg toen een longontsteking, die hem heel dicht bij het einde bracht. Echt herstellen deed hij eigenlijk niet meer. Het bed – sinds die tijd in de voorkamer – bleef zijn favoriete plek. Alleen als de huisarts en de thuiszorg er hard aan trokken, wilde hij wel een paar uurtjes uit bed komen, maar liever niet dan wel. Op hun aandringen wilde hij ook nog wel wat oefenen met gewichtjes en rondjes draaien op zo’n trapapparaat onder bij zijn voeten. Maar tegelijkertijd vroeg hij zich af waarvoor hij nog zoveel moeite moest doen. Wat was het vooruitzicht? Dat hij straks op een rolstoel door het huis moest ‘trippelen’, zoals dat heet? Dat hij misschien nog eens buiten kon zitten met goed weer?

Intussen takelde zijn lichaam af. De nierfunctie was al lang erg slecht – minder dan 7%. Was hij jonger geweest en had hij de energie nog op kunnen brengen, dan had hij al lang aan de nierdialyse gelegen, maar dat offer wilde hij niet meer brengen.

Hij leek wat op te knappen, vooral toen de thuiszorg opperde dat de volgende stap toch echt het verzorgingshuis zou worden en van die gedachte gruwde hij.

Maar twee weken geleden werd hij weer verkouden. De nierfunctie daalde nog verder, de afvalstoffen kunnen amper nog weg. Dat uit zich in kortademigheid, het gevoel dat hij gaat stikken. Dat uit zich in jeuk over heel zijn lijf – die met medicijnen amper te beteugelen is. Dat uit zich in darmbloedingen, zuur opgeven en misselijkheid. Morfinepleisters geven een beetje verlichting, maar niet veel.

We zijn nu de hele dag bij hem – afgewisseld door nachtzorg en vrijwilligers. Die grote, lange, stevige man die hij altijd was, ligt daar broodmager en opgekruld onder de lakens. De ogen gesloten, moeizaam ademend, nauwelijks nog iets zeggend.

Waar is nou de dood? De deur staat open, maar hij komt niet binnen. Soms zou je die onvoorspelbare regelaar van het einde een zetje willen geen, hem zelfs willen smeken niet langer te dralen. Omdat hij ook gewoon heel welkom kan zijn…

Eerdere blogs
Archief
Volg mij
  • Grey Facebook Icon
  • Grey Twitter Icon
bottom of page